Op 21 mei 2014 heeft Raad van State inzake bouwen in Park Uithof bepaald dat de gemeente Almere voldoende heeft aangetoond dat bouwen van een appartementencomplex in Park Uithof bijdraagt aan de functie van het park. GroenLinks betreurt de uitspraak van de Raad van State, omdat men is mee gegaan in de nogal discutabele uitleg van het College van hetgeen in de Parkennota stond beschreven met betrekking tot bouwen in parken.
Aan de realisatie van De Laren en nu dus ook van de plannen in Park Uithof is een lang traject vooraf gegaan. Een traject, waar de gemeente handig heeft gegoocheld met de grenzen van het te bebouwen gebied (door het eerst Sportpark De Wierden te noemen, vervolgens Wierdenpark en uiteindelijk daarin opgenomen Park Uithof), een discutabele bewoners enquete en een verre van vlekkeloos participatieproces. GroenLinks heeft hiertegen steeds ook tegen geageerd.
De bewoners aangrenzend aan Park Uithof die als belanghebbenden werden aangemerkt, hebben samen gestreden tot aan de Raad van State, ervan overtuigd dat zij in hun recht stonden. Het is anders gelopen. Gelijk hebben is niet altijd gelijk krijgen.
GroenLinks maakt zich zorgen over het vervolg. Straks is er niemand meer die nog weet dat het gelopen traject niet bepaald de schoonheidsprijs heeft verdiend. Niemand die dan nog weet hoe het was in het Wierdenpark en Park Uithof voordat daar een woonwijk, een appartementencomplex en een Jeugdland was.
Niemand die zich afvraagt of er straks in de Groene Wiggen wellicht nog meer gebouwd gaat worden. Of toch wel? Er is nu een nota Kleur aan Groen, die de intentie heeft het groen in Almere te behouden door incidenteel bebouwing in het groen toe te staan, mits het de functie van het groen versterkt. Net zoals eerder in de Parkennota stond. GroenLinks zal het in de praktijk toepassen van de nota Kleur aan Groen op de voet volgen.