Hirsch studeerde milieu economie aan de Universiteit van Amsterdam. Tijdens en na de afronding van haar studie Economie werkte Hirsch ruim drie jaar in Mexico, Paraguay en Kenya. Ze begon in 1995  als internationaal consultant en werd tegelijkertijd vrijwilliger bij  milieu- en mensenrechtenorganisatie Both ENDS, dat met een wereldwijd netwerk van maatschappelijke organisaties werkt aan de transitie naar duurzame en eerlijke maatschappijen.

In 2003 werd ze er beleidsmedewerker op het gebied van waterbeheer en is nu directeur van de organisatie. In de loop der jaren heeft de politica zich inhoudelijk met vele projecten bezig gehouden, voornamelijk op het gebied van internationale financieringsstromen, water en klimaat.

Het is Hirsch haar missie te laten zien dat Nederland veel invloed heeft op de wereld, en zeker ook op de kwaliteit van leven in ontwikkelingslanden, zo vertelde ze tijdens het politiek café. “Je kunt geen goed natuur- en milieubeleid voeren, als je de mensenrechten niet respecteert. De Nederlandse economie draagt bij aan de verslechtering van milieu en daarbij bij aan de ongelijkheid. Als mondiale speler kunnen we een veel grotere bijdrage leveren aan duurzame en rechtvaardige ontwikkeling. Dit kan door samen met mensen, steden en gemeenten, en lokale bedrijven activiteiten te ontwikkelen die goed zijn voor mens, milieu en economie.”

Hirsch wil een bijdrage leveren aan het vinden van een vorm van ontwikkeling, waarvan niet alleen Nederland profiteert.  “Op dit moment behoort Nederland tot de grootste vervuilers wereldwijd. In plaats van onze eigen CO2-uitstoot aan te pakken, worden we rijk van olie, kolen en gas, en kiezen we voor 'alternatieve brandstoffen' zoals palmolie, die grote negatieve impact hebben op grote gebieden in Azië, Afrika en Latijns Amerika en leiden tot de schending van landrechten. Tegelijkertijd laten we ontzettend veel kansen liggen om een positieve draai te geven aan onze eigen economie en ons financiële systeem,” aldus Hirsch.

Nederland is niet zo onbelangrijk als het zich vaak uitgeeft, zegt Hirsch. We zijn de tweede landbouwexporteur van de wereld, en  groot op het gebied van fossiele industrie.  Vorig jaar bleek uit een rapport dat de overheid bedrijven die drijven op fossiele brandstoffen sinds 2016 met jaarlijks 8,3 miljard euro steunt. Dit is een van de eerste zaken waar Hirsch, mocht ze worden gekozen in de kamer, een einde aan wil maken.  “De 2500 bedrijven die op de ranglijst staan als meest duurzaam, moeten opboksen tegen anderen die wel vervuilen en daar ook nog eens subsidie voor krijgen,” aldus Hirsch. “Dit kunnen we binnen een jaar anders regelen, en dat levert veel geld op dat we elders kunnen besteden.” 

Het is een opgave om Nederlanders meer over de grens te laten kijken,  maar Hirsch denkt dat nu daar het moment voor is.  “Corona heeft ons laten zien dat we geen eiland zijn. We kunnen beginnen met de juiste vragen te stellen aan bijvoorbeeld het CBS en ervoor te zorgen dat er goed onderzoek wordt gedaan naar de klimaat uitstoot van onze economie.”

Voor de aankomende verkiezingen hebben veel partijen groen en duurzaam in hun verkiezingsprogramma staan. Linkse partijen zijn hierbij vooral voor het reguleren, rechtse meer voor het faciliteren.  Maar met faciliteren kom je er niet, aldus Hirsch. “We moeten drastisch ingrijpen. Ik heb de laatste 10 jaar aan veel ronde tafels gezeten, daar gaat het heel erg traag. We hebben een duidelijk plan nodig. “