De aanleiding voor de vragen is de groeiende maatschappelijke spanning in Almere, die volgens Nikshomar mede voortkomt uit de situatie in Gaza. GroenLinks wijst op signalen van onrust onder bewoners en benadrukt het belang van lokale initiatieven om dialoog en verbinding te bevorderen. Het raadslid wil van het college weten welke acties er concreet zijn ondernomen om inwoners met verschillende achtergronden met elkaar in gesprek te brengen.

Uiting van solidariteit: genocide erkennen?

Een centrale vraag is of het college bereid is de gebeurtenissen in Gaza voortaan te duiden als genocide, zoals eerder gedaan door onder andere de gemeente Utrecht, Amnesty International en het United Nations Special Committee on Israeli Practices (UNSCIIP). Door de term "genocide" expliciet te gebruiken, hoopt GroenLinks (ondersteunt door de SP en de Partij voor de Dieren)  niet alleen recht te doen aan het leed van het Palestijnse volk, maar ook aan het gevoel van onrecht dat leeft bij veel inwoners van Almere.

"Woorden doen ertoe", stelt Shadi Nikshomar. "Wat wij zeggen als gemeente bepaalt of mensen zich gezien en gehoord voelen." De partijen vragen het college daarom stelling te nemen en zich expliciet uit te spreken.

Almere als mensenrechtenstad?

Naast erkenning vragen de indieners ook om toekomstgerichte actie. GroenLinks stelt ook voor dat Almere zich aansluit bij het Human Rights Cities Network, een internationaal netwerk van steden die zich inzetten voor de bescherming en bevordering van mensenrechten op lokaal niveau. De indieners stellen voor om dit symbolisch te koppelen aan 15 mei, de dag waarop wereldwijd de Nakba wordt herdacht – de gedwongen vlucht en verdrijving van honderdduizenden Palestijnen in 1948.

Mocht aansluiting bij het netwerk niet haalbaar of wenselijk zijn, dan vragen de raadsleden het college om andere mogelijkheden te verkennen waarmee de stad haar inzet voor mensenrechten kan versterken. 

Meer dan symboliek

Hoewel de voorgestelde stappen deels symbolisch van aard zijn, onderstrepen de indieners dat het effect ervan zeer concreet kan zijn. Door het gesprek aan te moedigen, solidariteit uit te spreken en zich aan te sluiten bij internationale netwerken, kan Almere volgens hen bijdragen aan een klimaat van wederzijds respect en begrip – ook wanneer internationale conflicten lokaal worden gevoeld.

In zijn beantwoording van de vragen stelde wethouder Jesse Luijendijk dat hij positief staat tegenover de voorstellen van de drie partijen, maar dat het college tijd nodig heeft om zich over deze zaken te buigen.